maandag, november 02, 2009

Het gevecht met de verf

Dit artikel is ook verschenen op Urbanmag.

Boksen, het is een zware sport. Je traint hard om fysiek in topconditie te zijn. Je moet extreem beweeglijk zijn om klappen te vermijden. Krijg je toch slaag, dan ben je best stevig gebouwd of heb je op zijn minst een taai gestel. Ook mentaal sta je sterk. Niet enkel tijdens de wedstrijd, maar ook erna. Want winst is niet gegarandeerd, je krijgt één kans op twee. Wie verliest moet verder trainen. En ascetisch leven: geen sex, drugs en rock 'n roll. Maar wat gebeurt er als een bokser gaat schilderen, of een schilder gaat boksen?
 Het antwoord heet Sam Dillemans en het is minder verrassend dan je zou denken. Wie even nadenkt ziet het plaatje zo voor zich. Je tegenstrever is plots de verf. Of de schilderkunst. Of het witte doek. De ene opponent is al minder grijpbaar dan de andere. Verf is de meest beweeglijke. Het witte doek is erg imponerend, je borstelstreken treffen zelden raak. Maar de schilderkunst is het ergst, als je daar tegenover staat ben je op voorhand verloren. Neem het maar eens op tegen een zwaargewicht als Rubens. Tracht Francis Bacon maar eens te vloeren. In "De waanzin van het detail" op Canvas konden we enkele spannende ronden live meemaken. Het ging er soms hard aan toe: de verf spatte in het rond, het doek werd gemarteld, de schilder sprak zichzelf moed in. Dillemans kreeg rake klappen en moest in Rubens zijn meerdere erkennen. Over Van Gogh sprak hij met respect, maar de amateurkunst kreeg het hard te verduren. We zagen hem worstelen met..., oeps dat is een andere sport. Op het Eilandje in Antwerpen kregen we de kans om de tussenstanden van deze wedstrijden te zien. Veel tussenstanden, een gans depot vol (zie hier en hier). Letterlijk honderden schilderijen werden tentoongesteld. De diverse reeksen vond ik boeiend. De schilder zoekt er de grens van de figuratie op, tot net voor het moment dat het beeld uiteenspat. Maar liever zie ik de portretten met enkel een kop, onder andere een prachtig Rubensiaans portret (klik hier). In de scènes met boksers die in de ring op elkaar inbeuken ontstaat er een enigszins voorspelbare synergie tussen verf en onderwerp. Krachtige borstelstreken ondersteunen de uitgebeelde mokerslagen, verfvlekken roepen het beeld van rondspattend bloed op. Spijtig dat ik niets heb met de bokssport, anders zouden deze schilderijen mij meer raken. Aan belangstelling geen gebrek, op de expo waren op die dag vele tientallen bezoekers aanwezig. Velen komen af op het spektakel dat sport altijd toch een beetje is. De underdog wekt bij velen sympathie, zeker als hij "ook van Antwerpen" is. Welke gevechten Dillemans zal winnen en welke niet zal de tijd moeten uitwijzen. Hopelijk zijn er geen wedstrijden gefikst, een fenomeen waar ook het voetbal onder lijdt. De documentaire op Canvas heeft ontegensprekelijk in het voordeel van Dillemans gewerkt. Ik denk in elk geval dat zoniet de schilder, dan wel zijn manager er materieel wel bij vaart. Het is echter geen schande om bij het boksen ruim prijzengeld te ontvangen, het is een terechte compensatie voor alle gebroken neuzen en hersenschuddingen. Uitslag: ik heb mij aan het spektakel vergaapt, maar ik ben er niet knock-out van.

Labels: