Doctor en schilder
Dat wetenschap en kunst dicht bij elkaar staan wisten we al. Maar sinds kort is het ook officieel, althans voor kunstenaars. Wie zin heeft om het onderzoek dat hij/zij pleegt in het kader van zijn kunst toe te voegen aan de wetenschap, kan nu een doctoraat in de kunsten behalen. Niet elke kunstenaar hoeft dit te doen, het is zeker geen test voor het kunstenaarschap. Het is ook niet bedoeld voor de kunstenaar die zijn gelijk op de universiteit i.p.v. bij de kunstcriticus wil halen. De nadruk ligt immers echt wel op het onderzoek: Is het waardevol? Is het vernieuwend? Is er een historiek? Is er een bibliografie? Een jury bestaande uit academici en kunstenaars zal hierover oordelen. Wat je moet doen is een en ander neerschrijven in een proefschrift en een aantal kunstwerken plegen die het resultaat zijn van je onderzoeksactiviteit. Deze laatste zijn geen plaatje bij het praatje, ze vormen eerder het materiële bewijs van de waarde van het onderzoek. Er was wat gekrakeel in de gespecialiseerde pers over het doctoraat: Hoe gaan die kunstwerken er uitzien die speciaal voor een doctoraat zijn gemaakt? Moet een kunstenaar eigenlijk zijn eigen werk wel uitleggen? Door de doctorandi zelf werd de kritiek van tafel geveegd, o.a. met het argument dat hij vooral uit de mond van kunstcritici kwam en dat die blijkbaar schrik hebben om hun job te verliezen. In elk geval is er ondertussen al een doctor in de fotografie, op 29 september verdedigde Maarten Van Volsem een proefschrift over een speciale fotografische techniek. En er zitten ook twee doctoraten van schilders in de pipeline: Ronny Delrue over het dagelijks maken van portretten als onderzoeksinstrument en Bart Geerts over het ruimtelijke in schilderijen en hoe het onze manier van kijken beïnvloedt. Van deze laatste vond ik een grappig tekstje. Daarin legt hij uit dat de schilderkunst na het behandelen van de vragen Wat zal ik schilderen? en Hoe zal ik schilderen? nu is aanbeland bij de vraag Waarom wil ik schilderen? De toekomstige doctor geeft alvast zelf een antwoord: schilderen is nutteloos maar toch is het zinvol. Dat belooft voor zijn doctoraat!
3 Comments:
En lap, Maarten Van Volsem heeft het al direct zitten. De verdediging van zijn doctoraat is nog maar achter de rug en er verschijnt een vernietigende kritiek in KunstHart. Onder de titel “Moeder, waarom doctoreren wij?” wordt de artistieke waarde van zijn werk in twijfel getrokken en tegelijk wordt ook zijn onderzoek niet gespaard. Oké, er is wel iets van: het onderwerp van zijn foto’s lijkt hij niet zo belangrijk te vinden en inderdaad gaat het om een techniek die al langer bestaat. Maar ik kan me niet van de indruk ontdoen dat de kunstkritiek hier per se het laatste woord wil hebben. Een vermoeden dat de doctorandi zelf al hadden geuit in een voorgaand artikel in Kunsthart. Een beetje kinderachtig allemaal toch.
Helemaal niet kinderachtig. Het legt een twijfel bloot: het is een pleidooi voor het afschaffen van de schotten. En tevens ook het illustreren van een individueel denkproces: doctoreren in de kunsten kun je actief participerend verstaan als: het aanschouwen van het proces 'de aarzeling om beeldend kunstenaar te worden' & tegelijkertijd 'de aarzeling om wetenschapper te worden'. Aarzeling mag hier synoniem staan voor 'leren omgaan met twijfels'. De aarzeling kan ook nog verder gaan: tot waar is iets techniek? tot waar loopt een gewaarwording?? Als de schotten worden afgebroken, niet alleen in deze disciplines maar ook in alle andere, dan zijn we goed op weg. Wat ik in de zoektochten van doctorandi in de kunsten definitief miste is het menselijk handelen: nochtans een grote essentie. Het zoeken wordt gesubstitueerd door theoretische vragen. Daarom dat het het moeilijk wordt te beklijven.
Helemaal niet kinderachtig. Het legt een twijfel bloot: het is een pleidooi voor het afschaffen van de schotten. En tevens ook het illustreren van een individueel denkproces: doctoreren in de kunsten kun je actief participerend verstaan als: het aanschouwen van het proces 'de aarzeling om beeldend kunstenaar te worden' & tegelijkertijd 'de aarzeling om wetenschapper te worden'. Aarzeling mag hier synoniem staan voor 'leren omgaan met twijfels'. De aarzeling kan ook nog verder gaan: tot waar is iets techniek? tot waar loopt een gewaarwording?? Als de schotten worden afgebroken, niet alleen in deze disciplines maar ook in alle andere, dan zijn we goed op weg. Wat ik in de zoektochten van doctorandi in de kunsten definitief miste is het menselijk handelen: nochtans een grote essentie. Het zoeken wordt gesubstitueerd door theoretische vragen. Daarom dat het het moeilijk wordt te beklijven.
Een reactie posten
<< Home