zondag, juni 03, 2007

Een haar in de verf

Dit artikel is ook verschenen op Urbanmag.

In het schilderij “The Valley” van Luc Tuymans zit een haar. Ik heb het zelf gezien toen ik zaterdag naar zijn tentoonstelling “Les Revenants” ging kijken in Zeno X Storage. Het is een zwart borstelhaar en het plakt in de verf waarmee de achtergrond is geschilderd. Dat heb je met die goedkope platte borstels, waarvan Tuymans in Kunsthart toegeeft dat hij ze gebruikt (“met duur materiaal kan ik niet werken”). De schilder kennende heeft hij het haar misschien wel met opzet laten zitten. Zoals hij in het werk “The Book” ook de vouw heeft geschilderd van het boek dat hij voor het werk heeft gebruikt. In de tekst die bij de tentoonstelling wordt uitgedeeld staat in elk geval dat deze laatste imperfectie opzettelijk is. De werken gaan over de orde van de Jezuïeten, een machtige stroming binnen de katholieke kerk die ook haar lelijke kanten heeft. Zodoende. Maar, misschien wil Tuymans met die onvolkomenheden ook wel de onwaarschijnlijke status relativeren die hij intussen in de schilderkunst heeft verworven. Het is sowieso eigenaardig om in een vervallen buurt van Borgerhout de witte museale ruimte van Zeno X Storage binnen te stappen en het werk te zien van een schilder van wereldformaat. De negen schilderijen die er hangen zijn al deels verkocht aan internationale musea en steenrijke verzamelaars. Vreemd vind ik dat eigenlijk, want veel schilderplezier straalt er van zijn werk niet af. De kleuren zijn vaal en het verfgebruik is bijzonder economisch. Het onderwerp is ernstig, de beelden verwijzen naar gewichtige episodes uit de geschiedenis (vb. het Vlaams Nationalisme, Belgisch Congo en nu dus de Jezuïeten). Toch is iedereen het erover eens dat Tuymans één van de belangrijkste hedendaagse schilders is. Op een moment dat het schilderij dood werd verklaard kwam hij er opnieuw mee aanzetten. Belangrijk daarbij was dat hij zijn werk inhoudelijk kon rechtvaardigen, ten tijde van de conceptuele kunst was het discours immers belangrijker dan het resultaat. Hij zegt voornamelijk dat hij authentieke vervalsingen (of echte illusies) maakt. Hij vertrekt van bestaande foto’s maar maakt er unieke schilderijen van. Die aanpak kennen we al van Gerhard Richter, het verschil zit hem in de aard van de vervalsing. Tuymans schildert in bleke kleuren en omdat hij beelden uit het verleden gebruikt lijkt het wel of hij (vervaagde) herinneringen schildert. Goed bedacht toch allemaal! Ondanks een file op de Turnhoutsebaan geraakte ik toch op deel twee van de tentoonstelling in Zeno X Gallery. De soms piepkleine aquarellen waren echter een stuk minder imposant dan de schilderijen. Ik ondernam nog een uitstap naar galerij Annie Gentils om het werk van Kati Heck te bewonderen, maar twee derde van de schilderijen was al een week voor het einde van de expositie ingescheept naar een kunstbeurs. Een verontschuldiging van de galerist kon er niet af, hopelijk wordt het publiek op de beurs beter behandeld. Gelukkig bleef er daardoor nog tijd over om ook de tentoonstelling “I don’t get it” van Tuymans in het Fotomuseum te bezoeken, kwestie van het plaatje compleet te maken. Die expositie is een gezellig allegaartje over de edities, polaroids, film, muurschilderingen en rookverslaving van Tuymans. Vooral de polaroids zijn interessant, ze blijken immers aan de basis te liggen van heel wat schilderijen, meer nog: ze hebben de schilder geïnspireerd tot zijn werkmethode. Een polaroid ontwikkelt zich van wit naar zwart en Tuymans begint een werk ook altijd in lichte kleuren en verdonkert daarna zijn palet. Bovendien vertoont een polaroid waarvan je de ontwikkeling onderbreekt dezelfde vaalheid van kleur als zijn schilderijen. De expo gaat door in het Fotomuseum omdat de schilder meer dan duizend van zijn polaroids aan dat museum heeft geschonken. Grappig, maar geheel passend in het discours van de kunstenaar is dat polaroids vervagen, waardoor het museum direct is begonnen met ze te digitaliseren. In een glazen rookkamer geeft de schilder in een filmpje meer uitleg bij de expositie. Uit zijn ononderbroken woordenstroom leer ik dat zelfs het roken bij zijn concept aansluit. Het illustreert het idee van de vervalsing (een rookgordijn?) en zelfs dat van het wazige en vergankelijke beeld. Voordeel is dat we de toekomstige (al dan niet authentieke) vervalsingen van zijn werk makkelijk gaan kunnen herkennen aan hun nicotinegehalte. En nu dus ook aan het feit dat er soms een haar in de verf plakt.

Labels:

2 Comments:

Blogger Ilse Jansoone said...

Heel mooi artikel. Thx

5:52 p.m.  
Anonymous Anoniem said...

ik heb je blog ontdekt, erg interessant. dank.
met vriendelijke groet, annelies propstra

4:48 p.m.  

Een reactie posten

<< Home