Ge zijt zelf een vetzakske
Dit artikel is ook verschenen op Urbanmag.
Ik heb Paul McCarthy altijd een viespeuk gevonden. Lange tijd weigerde ik zijn videowerk te bekijken dat ik in diverse museums tegenkwam. Ik vond het ronduit walgelijk. Je zag de kunstenaar verwikkeld in orgastische scènes, met de broek op de grond of ingesmeerd met ketchup en stront. Hij was gemaskerd, maar je herkende hem aan zijn misvormde hand. Hij legde zijn penis tussen een broodje, speelde een geperverteerde kerstman of neukte een boom. Een echte vetzak.
Het is maar wat je vettig noemt natuurlijk. Zelf zegt hij dat de wereld stukken meer gestoord is. Eigenlijk zegt hij: ge zijt zelf een vetzakske. Want ik wilde misschien niet kijken naar zijn video's, maar wel naar stervende kinderen in Afrika of naar de gevolgen van bloedige terreuraanslagen in Irak in het nieuws. Ook sex en geweld in films: no problem. Het zou eigenlijk hypocriet zijn om niet naar zijn werk te kijken, je kan nu eenmaal niet ontkennen dat de wereld redelijk fucked up is.
Vooral de culturele iconen van onze consumptiemaatschappij moeten het ontgelden. Pinocchio en andere Disney-figuren duiken op in zijn filmpjes, als McCarthy een Belg was zouden zeker de kabouters van Plopsaland of de kindermeisjes van K3 figureren. Een mooi voorbeeld is ook de kerstman. Die is er momenteel quasi het ganse jaar door om jong en oud tot consumptie te verleiden. De stap naar de geperverteerde kerstman in McCarthy's video's is niet eens zo groot.
Toen ik in Denemarken een filmpje zag waarin de kunst zelf geviseerd werd ben ik voor het eerst blijven kijken. Het was niet de meest propere manier van revolte, maar ze werd wel met veel humor gebracht. In de video was hij op een zeer obscene manier een schilderij aan het maken, met een veel te grote kwast smeerde hij er maar op los, regelmatig ging hij bovenop het schilderij liggen etc.
Zelf is hij pas heel laat door de museums opgepikt. Hoewel hij al bezig is sinds 1960 werd zijn werk pas vanaf 1990 aangekocht. Dat is het moment waarop hij video's is beginnen maken van zijn performances. Of veel van zijn werk op de kunstmarkt terecht komt weet ik niet, er zijn wel voorbereidende tekeningen en foto's van beelden uit de video's, maar het zou mij verwonderen dat die bij de gemiddelde kunstverzamelaar in de smaak vallen. En nu zijn er dus ook de opblaassculpturen. Het ideaal van de performance als kunst zonder kunstwerk heeft ook McCarthy dus niet kunnen volhouden.
Kunnen we de kunstenaar zijn aanklacht dan wel als gelukt beschouwen? Is McCarthy m.a.w. nog subversief? Een mooie uitleg daarover krijgen we van Mark Holthof op Urbanmag. (Holthof heeft McCarthy ook in levende lijve geïnterviewd voor Kunsthart.) De theorie die hij aanhaalt zegt dat het academisch systeem om kunst te evalueren, waartegen zich ooit nogal wat kunstenaars hebben verzet, gewoon vervangen is door een commercieel evaluatiesysteem. Weinig kunstenaars protesteren daartegen en wie het wel doet belandt onvermijdelijk in de marge. Dat herinnert mij aan een voorval op de academie. Het ging om een medestudent die werkelijk uitstekend werk maakt en op een prijskamp ingericht door Dexia toch niet in de prijzen viel. Achteraf kreeg hij te horen dat zijn werk het beste was maar niet werd bekroond omdat het te agressief overkwam.
McCarthy's werk mag dan commercieel misschien wel ondergewaardeerd zijn, als je zijn opblaassculpturen ziet in de gezapige beeldentuin van het Middelheim moet je erkennen hoe mooi het allemaal wel is. Wat mij betreft zit er toch een esthetische en dus verkoopbare kant aan zijn subversie. Complex shit, een tot 16 meter hoog uitvergrote stront, heeft een mooie abstracte vorm. De gigantische dildo is een lekker symmetrische sculptuur en ook de roze varkentjes zijn aangenaam om naar te kijken. Bestaande dingen opblazen (hoe ironisch dat ook mag zijn in dit geval) is natuurlijk al een oude esthetische truuk, denken we maar aan het werk van Claes Oldenburg. De readymade trouwens ook. Het verhaaltje erbij heeft wel nog iets stout, de kunstenaar verkoopt namelijk letterlijk lucht. Bovendien is het werk beperkt in de tijd en dus commercieel oninteressant (hoewel, je zou de sculpturen ook kunnen verhuren). Het tijdelijke steekt mooi af tegen het eeuwige brons dat je overal in het Middelheim aantreft.
Nu we het toch over opblazen hebben. Vergeet niet om ook naar de Dynamite show van Koen Theys te gaan kijken op dezelfde locatie. De video is een prachtig gemonteerd ballet van explosies. Theys kocht 250 opnamen van ontploffingen in Hollywood om de film te kunnen maken. Wie maakt nu een dergelijk werk in een tijd dat de ene na de andere zelfmoordterrorist zich opblaast in Irak? Over subversie gesproken!
Ik heb Paul McCarthy altijd een viespeuk gevonden. Lange tijd weigerde ik zijn videowerk te bekijken dat ik in diverse museums tegenkwam. Ik vond het ronduit walgelijk. Je zag de kunstenaar verwikkeld in orgastische scènes, met de broek op de grond of ingesmeerd met ketchup en stront. Hij was gemaskerd, maar je herkende hem aan zijn misvormde hand. Hij legde zijn penis tussen een broodje, speelde een geperverteerde kerstman of neukte een boom. Een echte vetzak.
Het is maar wat je vettig noemt natuurlijk. Zelf zegt hij dat de wereld stukken meer gestoord is. Eigenlijk zegt hij: ge zijt zelf een vetzakske. Want ik wilde misschien niet kijken naar zijn video's, maar wel naar stervende kinderen in Afrika of naar de gevolgen van bloedige terreuraanslagen in Irak in het nieuws. Ook sex en geweld in films: no problem. Het zou eigenlijk hypocriet zijn om niet naar zijn werk te kijken, je kan nu eenmaal niet ontkennen dat de wereld redelijk fucked up is.
Vooral de culturele iconen van onze consumptiemaatschappij moeten het ontgelden. Pinocchio en andere Disney-figuren duiken op in zijn filmpjes, als McCarthy een Belg was zouden zeker de kabouters van Plopsaland of de kindermeisjes van K3 figureren. Een mooi voorbeeld is ook de kerstman. Die is er momenteel quasi het ganse jaar door om jong en oud tot consumptie te verleiden. De stap naar de geperverteerde kerstman in McCarthy's video's is niet eens zo groot.
Toen ik in Denemarken een filmpje zag waarin de kunst zelf geviseerd werd ben ik voor het eerst blijven kijken. Het was niet de meest propere manier van revolte, maar ze werd wel met veel humor gebracht. In de video was hij op een zeer obscene manier een schilderij aan het maken, met een veel te grote kwast smeerde hij er maar op los, regelmatig ging hij bovenop het schilderij liggen etc.
Zelf is hij pas heel laat door de museums opgepikt. Hoewel hij al bezig is sinds 1960 werd zijn werk pas vanaf 1990 aangekocht. Dat is het moment waarop hij video's is beginnen maken van zijn performances. Of veel van zijn werk op de kunstmarkt terecht komt weet ik niet, er zijn wel voorbereidende tekeningen en foto's van beelden uit de video's, maar het zou mij verwonderen dat die bij de gemiddelde kunstverzamelaar in de smaak vallen. En nu zijn er dus ook de opblaassculpturen. Het ideaal van de performance als kunst zonder kunstwerk heeft ook McCarthy dus niet kunnen volhouden.
Kunnen we de kunstenaar zijn aanklacht dan wel als gelukt beschouwen? Is McCarthy m.a.w. nog subversief? Een mooie uitleg daarover krijgen we van Mark Holthof op Urbanmag. (Holthof heeft McCarthy ook in levende lijve geïnterviewd voor Kunsthart.) De theorie die hij aanhaalt zegt dat het academisch systeem om kunst te evalueren, waartegen zich ooit nogal wat kunstenaars hebben verzet, gewoon vervangen is door een commercieel evaluatiesysteem. Weinig kunstenaars protesteren daartegen en wie het wel doet belandt onvermijdelijk in de marge. Dat herinnert mij aan een voorval op de academie. Het ging om een medestudent die werkelijk uitstekend werk maakt en op een prijskamp ingericht door Dexia toch niet in de prijzen viel. Achteraf kreeg hij te horen dat zijn werk het beste was maar niet werd bekroond omdat het te agressief overkwam.
McCarthy's werk mag dan commercieel misschien wel ondergewaardeerd zijn, als je zijn opblaassculpturen ziet in de gezapige beeldentuin van het Middelheim moet je erkennen hoe mooi het allemaal wel is. Wat mij betreft zit er toch een esthetische en dus verkoopbare kant aan zijn subversie. Complex shit, een tot 16 meter hoog uitvergrote stront, heeft een mooie abstracte vorm. De gigantische dildo is een lekker symmetrische sculptuur en ook de roze varkentjes zijn aangenaam om naar te kijken. Bestaande dingen opblazen (hoe ironisch dat ook mag zijn in dit geval) is natuurlijk al een oude esthetische truuk, denken we maar aan het werk van Claes Oldenburg. De readymade trouwens ook. Het verhaaltje erbij heeft wel nog iets stout, de kunstenaar verkoopt namelijk letterlijk lucht. Bovendien is het werk beperkt in de tijd en dus commercieel oninteressant (hoewel, je zou de sculpturen ook kunnen verhuren). Het tijdelijke steekt mooi af tegen het eeuwige brons dat je overal in het Middelheim aantreft.
Nu we het toch over opblazen hebben. Vergeet niet om ook naar de Dynamite show van Koen Theys te gaan kijken op dezelfde locatie. De video is een prachtig gemonteerd ballet van explosies. Theys kocht 250 opnamen van ontploffingen in Hollywood om de film te kunnen maken. Wie maakt nu een dergelijk werk in een tijd dat de ene na de andere zelfmoordterrorist zich opblaast in Irak? Over subversie gesproken!
Labels: Expoverslag
0 Comments:
Een reactie posten
<< Home